Mijn tweede boek Borealis ligt nu ruim twee maanden in de winkels. Tijd om een eerste recensiebalans op te maken.
‘Zeer aantrekkelijke ecothriller’ (Trouw), ‘Geweldig spannend verhaal’ (Telegraaf), ‘IJzingwekkend spannend’ (Ikvindlezenleuk): er zijn al heel mooie woorden geschreven over Borealis, waarmee ik heel blij ben.
Maar een van de leukste recensies staat niet in het rijtje. Die kwam binnen via een berichtje van een kennis. Ze schreef: ‘Ik stond laatst met jouw boek in mijn handen in de boekwinkel van Maastricht. Komt er een jongetje langzaam naar me toe geslopen: mevrouw, die is echt heel goed! Ik ben m aan het lezen, hij is echt gaaf!’
Bekijk hier een overzicht van de Borealis-recensies
‘Hoe ben je op het idee gekomen?’ Dat is zo’n beetje de meest gestelde vraag bij schoolbezoeken en interviews. Ja, leg dat maar eens uit. Hoe kom je op een idee? Soms zo: ik zorg dat ik even niets aan mijn hoofd heb, krabbel met een potloodje, lees alle losse sluimerende gedachtes die ik ooit heb opgeschreven door, graaf in de krochten van mijn brein, drink er misschien wel een lekker wijntje bij en floep, er schiet iets te binnen. (of niet, dan herhaal ik de eerste stappen zo vaak als nodig)
Zoals veel mensen koop ik niet snel aan de deur. Maar voor de blozende Betuwse appelboer die met kistjes langs de deur kwam, maakte ik een uitzondering. Want: sinds de export naar Rusland stillag lagen de pakhuizen vol, zo zonde, want kijk eens, wat een mooie appels, ze blijven nog maanden goed in de kelder! Support your locals, kom maar door. Kortom, een paar weken en vele rotte appels later, is het tijd om appelgelei te maken. In drie varianten: met citroen, met gember en kaneel, en naturel.
In september verschijnt mijn nieuwe jeugdboek: Borealis. Een 12+ boek dit keer, net een tandje ingewikkelder en minder sprookjesachtig dan mijn debuut Koken voor de keizer, maar: niet minder spannend. Een avontuur met een actueel randje.



